Overslaan en naar de inhoud gaan

Deze website is in ontwikkeling en zal per 15 mei online gaan.

Informatie over Stichting Stinze-Stiens nodig?

Mail a.u.b. naar info@stinze-stiens.nl. Wij beantwoorden uw vragen graag.

Stinzenflorajournaal jrg.2 nr.3: Wildtuinieren met stinzenplanten

Stinzenflorajournaal jrg.2 nr.3: Wildtuinieren met stinzenplanten

Willem van Riemsdijk
Deze tekst verscheen als column in de Nieuwsbrief maart 2022 van Domies Toen

In de tweede helft van de18e eeuw en in de 19e eeuw kwam de Engelse landschapsstijl in de mode: een geïdealiseerd landschap met enig reliëf en waterpartijen met mooie bomen, doorkijkjes, weiden en grasperken. Deze grasperken en weiden werden met de zeis gemaaid. Soms was de uitdaging om een mooie Engelse ‘lawn’ te maken. Dat vereist een hoge maaifrequentie, en was arbeidsintensief en kostbaar.
Een andere benadering was juist om de grasperken te verfraaien door ‘stinzenplanten’ te planten in de graspartijen, die idealiter gaan verwilderen doordat zich uitzaaien. De massaliteit van deze bloeiende planten in het vroege voorjaar in een mooie landschappelijke tuin is fascinerend. De planten kwamen oorspronkelijk uit het wild, maar kwekers hebben vele nieuwe varianten gekweekt. De oorspronkelijk aangeplante soorten zijn tegenwoordig helaas moeilijk te krijgen.

Stinzenplanten kunnen redelijk snel verwilderen als het milieu geschikt is. Bij ‘wildtuinieren’ spelen natuurlijke processen een grote rol. Andere vormen van tuinieren met bollen zijn de ‘keukenhof benadering’ en ‘heemtuinieren’. De ‘keukenhof benadering’ is op grote schaal bollen heel dicht te planten en de tuin er zoveel mogelijk uit te laten zien zoals hij is ontworpen. Dit kan een mooi resultaat geven maar is geen massaliteit ontstaan door verwildering.

Bij ‘heemtuinieren’ wordt intensief getuinierd met als doel: veel verschillende wilde planten op een klein oppervlak.

Bij ‘wildtuinieren’ is veel minder sturing dan in beide andere gevallen. Verwilderingsprocessen hebben meer tijd nodig, het resultaat is veel minder voorspelbaar, maar heeft een heel eigen karakter.

Willem van Riemsdijk voor de Kaukasische vleugelnoot tussen Bonte krokus en Sneeuwklokjes. 27 februari 2022.

Wij zijn nu met vallen en opstaan ongeveer 10 jaar bezig met ‘wildtuinieren’ in de door Gerrit Vlaskamp (1868) aangelegde stinzenplanten tuin in Stiens. Het terrein wordt een aantal malen per jaar gemaaid met de zeis en soms met de bosmaaier. In de tuin komt een vrij groot aantal stinzenplanten voor die er al stonden toen wij eigenaar werden. De meest soorten stonden her en der, maar nooit over een groot oppervlak. Uitsluitend door ons beheer zijn veel soorten heel sterk toegenomen en verwilderd over redelijk grote oppervlakken. De sneeuwklokjes hielpen we een handje door elk jaar wat planten op te graven en uit te planten. De daslook was zeer dominant. Deze verdringt andere soorten volledig onder bepaalde omstandigheden. We bestrijden deze zo intensief mogelijk. Dit geeft andere stinzenplanten de gelegenheid zich sterk uit te breiden. De Italiaanse aronskelk bestrijden we sinds kort ook. Op de lange termijn zullen de diverse stinzenplanten hun eigen plek zoeken.